Jongeren die meer ondersteuning nodig hebben dan een reguliere school voor voortgezet onderwijs kan bieden kunnen terecht op het voortgezet speciaal onderwijs (VSO). Binnen ons samenwerkingsverband noemen wij dat specialistische ondersteuning. De voorkeur gaat uit naar een school voor speciaal onderwijs zo dicht mogelijk bij huis. Om toegelaten te worden tot een school voor speciaal onderwijs, is een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) nodig.
De VSO scholen
Binnen het samenwerkingsverband verzorgen de volgende VSO-scholen onderwijs aan leerlingen die specialistische ondersteuning nodig hebben: Mytylschool Gabriël, HUB Noord Brabant, locaties Rosmalen, Stedelijk VSO en Boxtel, het Vada College, Dieze College en Zuiderbos. Een overzicht van de VSO scholen met daarbij een beschrijving van de doelgroep leerlingen staat aan de rechterzijde van deze pagina.
Het kan voorkomen dat jongeren ondersteuning en/of een onderwijsniveau nodig hebben die niet beschikbaar is op een van deze VSO scholen. In deze gevallen moet er uitgeweken worden naar een school buiten de regio.
Toelaatbaarheidsverklaring (TLV)
De TLV wordt, door de school, aangevraagd bij de Advies Commissie Toewijzing (ACT) van het samenwerkingsverband. De school bespreekt met ouder(s)/verzorger(s) welke dossierstukken naar de ACT worden gestuurd. Als de ACT de TLV heeft afgegeven ontvangen ouder(s)/verzorger(s), per post, een kopie. Hierop staat vermeld tot wanneer de verklaring wordt afgegeven. Tijdens deze periode zal op de VSO school worden bekeken of er mogelijkheden zijn voor uw kind om de overstap naar het regulier voortgezet onderwijs te maken. Indien een overstap naar regulier onderwijs niet passend is voor uw kind vraagt de VSO school tijdig een nieuwe TLV aan bij het samenwerkingsverband.
Wie vraagt de TLV aan?
Leerlingenvervoer
Leerlingen kunnen, onder bepaalde voorwaarden, in aanmerking komen voor een vervoersvoorziening als zij vanwege hun beperking aangewezen zijn op ander vervoer dan openbaar vervoer of fiets/bromfiets. Leerlingenvervoer kan aangevraagd worden in de gemeente waar de leerling woont. De gemeente beoordeelt of de leerling in aanmerking komt voor een vervoersvoorziening. Bij toekenning van het leerlingenvervoer gaat de gemeente uit van plaatsing op de dichtstbijzijnde toegankelijke school. Meer informatie over leerlingenvervoer kunt u lezen op de website van uw gemeente.